Wat we schieten eten we op
Jagen is oogsten uit de natuur. Eerlijk vlees, duurzaam vlees en heel lekker. De wilde dieren hebben goed geleefd. Geen megastallen en geen antibiotica. ‘Free range’ om het zo te zeggen. Puur uit de natuur. Een aantal moet eruit wil je de stand in evenwicht brengen met de leefomgeving. Jagen, schieten, is de manier waarop we het doen. Prima, maar wel zuiver graag. Meteen dodelijk, op de juiste plek geschoten stimuleert de kwaliteit van het wildbraad. Want, wat we schieten eten we op.
Vliegend wild
Afgaand vliegend wild heeft grote kans op bezoedeling. Hagel dringt door tot de maag en darmen. Darmsappen zullen snel het vlees bereiken. Probeer het te voorkomen. Lekker is het ook niet. Je kent het misschien nog wel. De fazant hangt om te besterven tot hij van het stropje valt. Hij moet adellijk worden. Nou, liever niet. Adellijk is gewoon verrot vlees. Niet goed voor je en allerminst smaakvol.
Grof wild
Grofwild vraagt om extra aandacht. Na het schot moet het zo snel mogelijk, binnen een uur, ontweid worden (het darmpakket er uit). Serieus werk. Ontweiden, de rode arbeid, wordt vaak al in het bos gedaan. Hang het dier op met de kop naar beneden en ga te werk zoals ze dat ook in het slachthuis doen. Hoe netter het dier geschoten is hoe makkelijker het ontweiden gaat. Kijk uit voor bezoedeling. Eén spatje pensinhoud en de wildhandelaar moet het al afkeuren. De NVWA hanteert bijna dezelfde regelgeving voor wild als voor runderen en varkens. Absolute hygiëne. Het gaat om de voedselveiligheid. De jager is de bron, dus min of meer is hij verantwoordelijk. Je verantwoordelijkheid is het dier meteen goed en netjes doodschieten. Maar eventuele effecten van een matig schot (na een tijdje wel dodelijk) aan de handel/het restaurant overlaten is fout. Ben je GP dan staat jouw naam en nummer op het briefje. Zo kan de NVWA altijd terug naar de bron en staan ze plots bij de jager voor de deur, mocht er iets goed mis zijn met het vlees.
Vriend en vijand is het er wel over eens dat geschoten wild het voedselcircuit in komt. Goed voedsel gooi je namelijk niet weg. Dat eet je op!
Breng je vaardigheid op peil
Ik zei het al. Wild eten begint bij het doden. Juist en goed geschoten. Geen grote hematomen. Geen verlies aan wildbraad, geen vernielde schouders en al helemaal geen bezoedeling. Goed schieten, daar bereik je het mee. Iedere jager streeft dat ook na. Ervaring helpt natuurlijk. Veel doen is de manier. Trainen, trainen en nog eens trainen. Praktijk Centrum Jacht & Fauna helpt de vaardigheid op peil te brengen. We trainen vrijwillige jagers en jagende beroepsmensen die naast de beleving van de jacht ook de verantwoordelijkheid nemen om wild, zoals het hoort, in het voedselcircuit te brengen. Via hem zelf, het restaurant of de wildhandelaar. Uiteindelijk komt het geschoten wild bij de consument terecht. En die wil niets liever dan een heerlijk stukje vlees. Niet alleen met Kerst hopen we dan. Op de BBQ in juli smaakt wild zwijn even zo goed als op het bord op Eerste Kerstdag.
Goed omgaan met wild is ook een uiting van professionalisme. Je weet wat je doet, je hebt daar ervaring in en je zorgt dat het op peil blijft. Je oefent, gaat naar een schietbaan en wordt daar beter van. Je verdiept je in de theorie en in de techniek van materialen, zoals richtkijkers. Het wild verzorg je goed. Ganzen gaan zo snel mogelijk de koeling in. Hazen laat je niet groen worden en de reegeit ontweid je met de kop naar beneden. Je leert en je traint.
Ben je geïnteresseerd geraakt en wil je meer weten over deze onderwerpen? Kijk bij onze trainingen en workshops.
Succes!
Donald Buijtendorp